Afdeling Pers en Voorlichting

PERSCOMMUNIQUÉ N° 17/03

13 maart 2003

Conclusie van advocaat-generaal Siegbert Alber in zaak C-243/01

Strafprocedure tegen P. Gambelli e.a.

VOLGENS DE ADVOCAAT-GENERAAL IS HET ITALIAANSE VERBOD OP HET GRENSOVERSCHRIJDEND AANNEMEN VAN WEDDENSCHAPPEN IN STRIJD MET HET VRIJ VERRICHTEN VAN DIENSTEN

Een organisator van weddenschappen, die in een andere lidstaat woonachtig is en zijn activiteit overeenkomstig de aldaar geldende regels uitoefent, moet ook in Italië werkzaam kunnen zijn.


Gambelli en meer dan 100 andere verdachten exploiteerden in Italië datatransmissiecentra die via internet in verbinding stonden met een Engelse bookmaker, voor wie zij in Italië weddenschappen op sportevenementen verzamelden. In Italië is een dergelijke activiteit echter voorbehouden aan de staat respectievelijk aan ondernemingen die van de staat een vergunning hebben verkregen.

Derhalve werd tegen Gambelli (en de andere exploitanten) een strafprocedure ingeleid wegens het organiseren en aannemen van verboden weddenschappen.

Gambelli is van mening dat de Italiaanse voorschriften in strijd zijn met de gemeenschapsrechtelijke beginselen van de vrijheid van vestiging en het vrij verrichten van diensten.

Het Tribunale Ascoli Piceno, waar de procedure dient, vraagt het Hof om de relevante bepalingen van het EG-Verdrag uit te leggen.

Advocaat-generaal Siegbert Alber neemt vandaag zijn conclusie in deze zaak.

De mening van de advocaat-generaal is voor het Hof niet bindend. De advocaat-generaal heeft tot taak, het Hof in volkomen onafhankelijkheid een beslissing voor te stellen voor de door hem onderzochte zaken.

Volgens de advocaat-generaal gaat de onderhavige zaak verder dan de problematiek die in de huidige rechtspraak van het Hof over de reglementering van kansspelen door de overheid is behandeld.1

De advocaat-generaal is ertoe geneigd aan te nemen dat het bij de datatransmissiecentra niet om vestigingen van de Engelse bookmaker gaat. Gebaseerd op de rechtspraak van het Hof verdedigt hij het standpunt dat deze centra veeleer in het kader van het dienstenverkeer werkzaam zijn. Dit staat echter uiteindelijk ter beoordeling van de nationale rechter.

Inbreuk op de vrijheid van vestiging
Is echter wel sprake van een vestiging van de Engelse bookmaker in Italië, dan moet hij, evenals eigen onderdanen, de mogelijkheid hebben een vergunning aan te vragen en moet dit vergunningstelsel voldoen aan de algemene gemeenschapsrechtelijke voorwaarden voor de regeling van een lidstaat waarbij de uitoefening van een economische activiteit wordt beperkt.

De advocaat-generaal is van mening dat de Italiaanse voorschriften, onder meer wegens hun kennelijk discriminerend karakter en hun ongeschiktheid om de bescherming van de consumenten en de maatschappelijke orde te verzekeren, niet aan deze voorwaarden voldoen.

Inbreuk op het vrij verrichten van diensten

Aangezien voorschriften die het de organisatoren van weddenschappen uit andere lidstaten onmogelijk maken, weddenschappen op Italiaans grondgebied aan te nemen, in elk geval een belemmering voor het vrij verrichten van diensten vormen, moeten zij op grond van dwingende vereisten gerechtvaardigd kunnen worden.

De advocaat-generaal komt echter tot de conclusie dat de Italiaanse regeling niet kan worden gerechtvaardigd. De integriteit van de organisator van weddenschappen wordt voldoende gewaarborgd door de wettelijke regelingen van de staat van herkomst (in casu het Verenigd Koninkrijk). Wat de beteugeling van de goklust betreft, kan, gezien de in de laatste jaren door de Italiaanse wetgever daadwerkelijk geschapen verruiming van het aanbod van kansspelen, niet meer van een samenhangend beleid ter beperking van de mogelijkheid van kansspelen worden gesproken. De aangevoerde, maar niet (meer) nagestreefde doelstellingen zijn daarom evenmin geschikt als rechtvaardiging voor de belemmering van de vrijheid van dienstverrichting door in andere lidstaten woonachtige en aldaar officieel erkende aanbieders.

De voor enkele overheidsbegrotingen gevreesde negatieve financiële gevolgen van een relatieve openstelling van de markten voor kansspelen van de lidstaten kunnen volgens de advocaat-generaal evenmin als rechtvaardiging dienen.

De rechters van het Hof zullen thans over deze zaak beraadslagen. Het arrest wordt op een later tijdstip gewezen.

Voor de media bestemd niet-officieel stuk, dat het Hof van Justitie niet bindt.

Deze persmededeling is beschikbaar in alle officiële talen

De volledige tekst van het arrest is te vinden op de internetpagina van het Hof www.curia.eu.int  heden vanaf ongeveer 15.00 uur

Voor nadere informatie wende men zich tot Zaïra Penders
tel. (352) 4303 3127 fax (352) 4303 3656  

1 -     Arresten van 24 maart 1994, Schindler, C-275/92, 21 september 1999, Läärä, C-124/97, en van 21 oktober 1999, Zenatti, C-67/98.